Besluit van 11 oktober 1980, houdende vaststelling van regelen tot toekenning van
buitengewoon verlof
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 15 augustus 1980, nr.
AB80/U1614, Directoraat-Generaal voor Overheidspersoneelsbeleid, Directie Overheidspersoneelszaken,
Afdeling Algemene en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 125, eerste lid en 134, eerste lid van de Ambtenarenwet 1929 (Stb. 1929, nr. 530);
De Raad van State gehoord (advies van 17 september 1980, nr. 800910/4);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 7 oktober 1980,
nr. AB80/1910, Directoraat-Generaal voor Overheidspersoneelsbeleid, Directie Overheidspersoneelszaken,
Afdeling Algemene en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: