Sanctieregeling Haïti 2022

Geraadpleegd op 23-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2023 en zichtdatum 16-06-2024.
Geldend van 03-01-2023 t/m 13-10-2023

Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 22 december 2022, nr.MinBuZa.2022.14729-27, houdende beperkende maatregelen ten aanzien van Haïti (Sanctieregeling Haïti 2022)

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister van Financiën;

Gelet op hoofdstuk 7 van het Handvest van de Verenigde Naties, Besluit (GBVB) 2022/2319 van de Raad van de Europese Unie van 25 november 2022 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Haïti (PbEU 2022, L 307), Verordening (EU) 2022/2309 van de Raad van de Europese Unie van 25 november 2022 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Haïti (PbEU 2022, L 307) en de artikelen 2, tweede lid, en 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder Verordening (EU) 2022/2309: Verordening (EU) 2022/2309 van de Raad van de Europese Unie van 25 november 2022 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Haïti (PbEU 2022, L 307).

Artikel 2

  • 1 Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 2, 3, 10, eerste lid en 11, eerste en tweede lid, van Verordening (EU) 2022/2309.

  • 2 Een verbod als bedoeld in het eerste lid is niet van toepassing in gevallen waarin artikel 5, 6, eerste en tweede lid, 7, eerste lid, 8, eerste lid, 9 of 11, vijfde lid, van Verordening (EU) 2022/2309 van toepassing is.

Artikel 3

Het is verboden om militaire goederen, alsmede militaire technologie, aangewezen in de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012, dan wel onderdelen daarvan, direct of indirect te verkopen of te leveren aan, door of uit te voeren naar, dan wel over te dragen aan, daaronder begrepen over te brengen naar, natuurlijke personen of rechtspersonen die door het bij punt 19 van Resolutie 2653 (2022) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties ingestelde comité zijn aangewezen, ongeacht of de goederen afkomstig zijn uit de lidstaten van de Europese Unie.

Artikel 4

  • 1 De bevoegde autoriteit, bedoeld in de artikelen 6, eerste en tweede lid, 7, eerste lid, 8, eerste lid, 9, eerste lid, 10, eerste lid en 11, tweede lid, van Verordening (EU) 2022/2309 is de Minister van Financiën voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van tegoeden of informatie van financiële aard.

  • 2 De bevoegde autoriteit, bedoeld in de artikelen 6, eerste en tweede lid, 7, eerste lid, 8, eerste lid, 10, eerste lid en 11, tweede lid, van Verordening (EU) 2022/2309 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

Artikel 5

[Red: Wijzigt de Sanctieregeling overbrugging tenuitvoerlegging sanctieresoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties 2019.]

Artikel 7

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

W.B. Hoekstra

Naar boven