Tijdelijke subsidieregeling stimulering modal shift van weg naar binnenvaart of van weg naar spoor 2021

[Regeling vervallen per 01-01-2022.]
Geraadpleegd op 06-08-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 15-05-2023 en zichtdatum 06-07-2024.
Geldend van 01-04-2021 t/m 31-12-2021

Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 24 maart 2021, nr. IENW/BSK-2021/52913, houdende vaststelling van de Tijdelijke subsidieregeling stimulering modal shift van weg naar water of van weg naar spoor 2021

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 2, eerste lid, 4, 8, eerste lid en tweede lid, onderdeel b, 9, 22 en 23, vijfde lid, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

  • bulktransport: transport van goederen die niet verpakt maar als stortgoed vervoerd worden, om te rekenen in TEU;

  • bundelen: alle activiteiten die nodig zijn voor het combineren en verplaatsen van containers, containerlading of stortgoed afkomstig van meerdere verladers die voorheen over de weg werden vervoerd met als doel het gezamenlijk (deels) beladen van een binnenvaartschip of trein;

  • container: een bergingsmiddel voor vervoer (liftvan, losse tank of soortgelijk bergingsmiddel) dat:

    • een geheel of gedeeltelijk omsloten ruimte vormt en is bestemd voor het bevatten van goederen;

    • een duurzaam karakter heeft en derhalve voldoende stevig is voor herhaald gebruik;

    • speciaal is ontworpen om het vervoer van goederen met één of meer vervoermiddelen te vergemakkelijken zonder tussentijdse in- en uitlading van die goederen zelf;

    • zodanig is ontworpen dat het gemakkelijk kan worden gehanteerd, in het bijzonder bij het overladen van het ene vervoermiddel op het andere;

    • zodanig is ontworpen dat het gemakkelijk kan worden gevuld en geledigd;

  • experimenteel ontwikkelingsproject: samenhangend geheel van activiteiten, gericht op het verwerven, combineren, vormgeven of gebruiken van bestaande wetenschappelijke, technische, zakelijke of andere relevante kennis en vaardigheden voor plannen, schema’s of ontwerpen voor nieuwe, gewijzigde of verbeterde producten, procedés of diensten, voor zover deze activiteiten geen routinematige of periodieke wijziging van bestaande producten, procedés of diensten behelzen, zelfs als die wijzigingen verbeteringen kunnen inhouden

  • Goederen(vervoer)corridor Oost: het stelsel van hoofdwegen, spoorwegen en vaarwegen tussen de haven van Rotterdam via regio Arnhem-Nijmegen richting Duitsland. De belangrijkste hoofdweg is de A15 en daarnaast de relevante wegvakken van de hoofdwegen die op deze route liggen of als toe- en afvoer dienen. De Waal, Lek en Nederrijn zijn de belangrijkste vaarwegen en de Betuweroute de belangrijkste spoorweg op deze corridor;

  • Goederen(vervoer)corridor Zuidoost: het stelsel van hoofdwegen, spoorwegen en vaarwegen tussen de haven van Rotterdam via regio Venlo richting Duitsland. De belangrijkste hoofdwegen zijn de A15, A16, A58, A67 en daarnaast de relevante wegvakken van de hoofdwegen die op deze route liggen of als toe- en afvoer dienen. De Maas en de Brabantse kanalen zijn de belangrijkste vaarwegen en de Brabantroute de belangrijkste spoorweg op deze corridor;

  • minister: Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

  • MKB: ondernemer die een kleine onderneming of een middelgrote onderneming in de zin van artikel 2, tweede lid, van de AGVV in stand houdt;

  • modal shift: vervanging van een deel van het vervoer over de weg door vervoer via de binnenvaart of het spoor;

  • TEU: Twenty foot equivalent unit, een container van 6,10 meter lang, 2,44 m breed en 2,59 m hoog. Deze wordt gebruikt als standaard rekeneenheid in de containerlogistiek;

  • verplaatsen: het daadwerkelijk verplaatsen (‘shiften’) van het vervoer van containers, containerlading of stortgoed van de weg naar het water of het spoor.

Artikel 2. Doel van de subsidieregeling

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Doel van deze regeling is het verstrekken van financiële bijdragen aan bedrijven ter stimulering van een blijvende modal shift:

  • a. van de weg naar het water op de Goedere(vervoer)ncorridor Oost en Goederen(vervoer)corridor Zuid-Oost van in totaal minimaal 2000 TEU per dag;

  • b. van de weg naar het spoor van 200TEU/dag.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten en verdeelsleutel

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Activiteiten zijn subsidiabel indien zij bijdragen aan:

    • a. de modal shift en het structureel inbedden hiervan in de bedrijfsvoering door:

      • 1°. het bundelen en verplaatsen van containers en bulktransporten van weg naar water of het spoor

      • 2°. het differentiëren, bestemmen en geschikt maken van vrachten voor vervoer via de binnenvaart of het spoor;

    • b. het verbeteren van de toegang tot containervervoer via de binnenvaart of spoor door verbeterde toepassing en ontwikkeling van afspraken en werkwijzen die relevant zijn voor het gebruik van de verschillende modaliteiten weg, spoor en binnenvaart.

  • 2 Voor de modal shift van weg naar water of spoor komen de volgende typen activiteiten, die op de in het eerste lid genoemde doelstellingen zijn gericht, voor subsidie in aanmerking:

    • a. investeringssteun als bedoeld in artikel 17 van de AGVV;

    • b. consultancysteun als bedoeld in artikel 18 van de AGVV;

    • c. starterssteun als bedoeld in artikel 22 van de AGVV;

    • d. experimentele ontwikkeling als bedoeld in artikel 25, tweede lid, onderdeel c, van de AGVV.

Artikel 4. Subsidieplafond, wijze van verdelen subsidiemaximum

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Het subsidieplafond voor de modal shift van weg naar water voor de periode 1 april 2021 tot 1 september 2021 bedraagt € 1.500.000,–.

  • 2 Het subsidieplafond voor de modal shift van weg naar spoor bedraagt voor de periode 1 april tot 1 september 2021 € 1.000.000,–.

  • 3 De verdeling van de beschikbare gelden vindt plaats op basis van de volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

  • 4 De subsidie bedraagt ten hoogste € 500.000,– per project.

Artikel 5. Subsidiabele kosten

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Als subsidiabele kosten komen uitsluitend in aanmerking:

    • a. bij een project investeringssteun: de kosten als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de AGVV;

    • b. bij een project consultancysteun: de kosten van de door de externe consultants verrichte consultancydiensten;

    • c. bij een project experimentele ontwikkeling: de kosten als bedoeld in artikel 25, derde lid, van de AGVV;

  • 2 Als standaardberekeningswijzen voor de berekening van uurtarieven kunnen worden gehanteerd:

    • a. een berekening op basis van integrale kostensystematiek;

    • b. een berekening op basis van kosten per kostendrager vermeerderd met een forfaitair vastgestelde opslag voor indirecte kosten; of

    • c. een forfaitair vastgesteld uurtarief voor loonkosten.

  • 3 De subsidiabele kosten worden gestaafd met bewijsstukken die duidelijk, gespecificeerd en actueel zijn, als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de AGVV.

Artikel 6. Berekening subsidiabele kosten integrale kostensystematiek

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Bij het hanteren van uurtarieven die tot stand zijn gekomen met de standaardberekeningswijze bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel a, worden de directe en indirecte kosten per kostendrager in een tarief per eenheid van deze kostendrager berekend.

  • 2 De subsidiabele kosten worden berekend door het aantal eenheden van de kostendrager te vermenigvuldigen met het ingevolge het eerste lid berekende tarief, vermeerderd met de aan derden betaalde kosten voor zover deze geen deel uitmaken van het ingevolge het eerste lid vastgestelde tarief.

Artikel 7. Berekening subsidiabele kosten per kostendrager

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Bij het hanteren van uurtarieven die tot stand zijn gekomen met de standaardberekeningswijze bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel b, worden de directe loonkosten per uur vermenigvuldigd met het aantal uren dat direct bij de subsidiabele activiteiten betrokken personen ten behoeve van deze activiteiten hebben gewerkt.

  • 2 De subsidiabele kosten worden berekend door het ingevolge het eerste lid berekende bedrag te vermeerderen met:

    • a. een vaste opslag voor indirecte kosten van 50 procent van de loonkosten;

    • b. kosten van het gebruik van apparatuur en de kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen indien deze in de administratie te onderscheiden zijn, en

    • c. aan derden betaalde kosten.

  • 3 Voor zover er geen loonkosten worden gemaakt, maar niettemin arbeid wordt verricht, wordt voor de berekening van de kosten van de arbeid uitgegaan van € 60,– per uur.

Artikel 8. Berekening subsidiabele kosten forfaitair vastgesteld uurtarief

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Bij het hanteren van uurtarieven die tot stand zijn gekomen met de standaardberekeningswijze bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel c, wordt een uurtarief gehanteerd van € 60,– per uur.

  • 2 De subsidiabele kosten worden berekend door het ingevolge het eerste lid gehanteerde bedrag te vermenigvuldigen met het aantal uren dat de direct bij de subsidiabele activiteiten betrokken personen ten behoeve van deze activiteiten hebben gewerkt en te vermeerderen met:

    • a. kosten van het gebruik van apparatuur en de kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen indien deze in de administratie te onderscheiden zijn, en

    • b. aan derden betaalde kosten.

Artikel 9. Uitvoeringsinstantie

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Als uitvoeringsinstantie wordt Stichting Connekt aangewezen.

Artikel 10. Indiening aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 De aanvraag wordt uiterlijk 1 september 2021 ingediend bij de uitvoeringsinstantie.

  • 2 Een aanvraag tot subsidieverlening wordt ingediend met gebruikmaking van een volledig ingevuld aanvraagformulier inclusief bijlagen als bedoeld in bijlage 1 van deze subsidieregeling.

  • 4 Een aanvraag voor subsidie heeft betrekking op één activiteit.

  • 5 Een aanvraagformulier kan worden verkregen bij Connekt via www.topsectorlogistiek.nl.

Artikel 11. Subsidieverstrekking

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 De hoogte van de subsidie wordt bepaald op basis van gegevens die worden ingediend bij de aanvraag.

  • 2 De maximale percentage subsidie en het maximale subsidiebedrag bedragen:

    • a. bij een activiteit investeringssteun: de maximale percentages genoemd in artikel 17, zesde lid, van de AGVV;

    • b. bij een activiteit consultancysteun: het maximale percentage genoemd in artikel 18, tweede lid, van de AGVV;

    • c. bij een activiteit starterssteun: maximaal € 400.000,– als bedoeld in artikel 22, derde lid, onderdeel c, eerste volzin en vijfde lid van de AGVV;

    • d. bij een activiteit starterssteun gelegen in het gebied Groot-Rijnmond: maximaal € 600.000,– als bedoeld in artikel 22, derde lid, onderdeel c, tweede volzin, en vijfde lid van de AGVV;

    • e. bij een activiteit experimentele ontwikkeling: het maximale percentage genoemd in artikel 25, vijfde lid, onderdeel c, en zesde lid, van de AGVV van de in aanmerking komende kosten.

  • 3 Het te verlenen voorschot bedraagt 100 procent van de verleende subsidie en wordt uiterlijk binnen 8 weken na de subsidieverlening uitgekeerd.

  • 4 Een activiteit als bedoeld in artikel 3 moet binnen 24 maanden na de datum van subsidieverlening worden afgerond.

Artikel 12. Specifieke afwijzingsgronden

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Onverminderd de in artikel 11 en 12 van het Kaderbesluit vermelde afwijzingsgronden, wordt de subsidie in ieder geval afgewezen indien:

  • a. er al een subsidie is verstrekt op grond van deze regeling voor dezelfde activiteit;

  • b. er sprake is van ongeoorloofde cumulatie van steun als bedoeld in artikel 8 van de AGVV;

  • c. er sprake is van een onderneming in moeilijkheden als bedoeld artikel 2, achttiende lid, van de AGVV;

  • d. indien de werkzaamheden aan de maatregelen reeds zijn aangevangen voordat de aanvraag voor dat project is ingediend en het stimulerend effect als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de AGVV daardoor ontbreekt;

  • e. de subsidieverstrekking niet in overeenstemming is met enige andere bepaling in de AGVV;

Artikel 13. Verplichtingen van de subsidieontvanger

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 De subsidieontvanger dient, onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 8 en 10 van het Kaderbesluit, middels een eindrapport verslag te doen van:

    • a. aantallen TEU die zijn verplaatst van weg naar water of spoor;

    • b. de mate waarin belemmeringen voor de modal shift zijn verminderd en/of de toegankelijkheid tot binnenvaart of spoor is verbeterd;

    • c. de wijze waarop de modal shift structureel is ingebed in de bedrijfsvoering.

  • 2 Indien de activiteit een praktijktest of onderzoek betreft, wordt in de rapportage een onderbouwde analyse van de toepasbaarheid van de maatregel en het potentiële effect, als bedoeld in het eerste lid, onder a en b, op het bundelen en verplaatsen van weg naar water of spoor opgenomen.

Artikel 14. Subsidievaststelling

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Binnen drie maanden nadat de activiteit is afgerond, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot subsidievaststelling in door middel van een daartoe vastgesteld formulier dat beschikbaar is via www.topsectorlogistiek.nl.

Artikel 15. Inwerkingtreding en vervaldatum

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

  • 1 Deze regeling treedt 1 april 2021 in werking.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2022, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de voor die datum aangevraagde subsidies.

Artikel 16. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling stimulering modal shift van weg naar binnenvaart of van weg naar spoor 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Bijlage 1. als bedoeld in artikel 8, vierde lid

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Aanvraagformulier

[Regeling vervallen per 01-01-2022]

Stuur het ingevulde formulier met bijlagen naar:

De minister van Infrastructuur en Waterstaat

t.a.v. de stichting Connekt

Postbus 48

2600 AA Delft

Meer informatie:

1. Project:

Naam van activiteit:

.....

1 optioneel

Eventueel acroniem1 (afkorting beginletters):

.....

2 geef aan of het gaat om een:

– investeringssteun

– consultancysteun

– starterssteun

– experimenteel ontwikkelingsproject.

Soort activiteit2

 

Startdatum project:

..-..-..

Verwachte einddatum activiteit:

..-..-..

Totale activiteitkosten:

€ .....

Totaal gevraagde subsidie:

€ .....

Is voor deze activiteit, of voor onderdelen ervan, al subsidie aangevraagd of gekregen?

□ ja, te weten: .....

Subsidiebedrag: € .....

□ nee

Zijn voor deze activiteit, of onderdelen ervan, al verplichtingen aangegaan vóór de datum van indienen van de aanvraag

□ ja .....

□ nee

Gegevens van de deelnemers vult u in tabel 2.3

Vraagt u subsidie aan voor een samenwerkingsverband?

□ ja ..... vul tabel 2.3 in

□ nee

2. Aanvrager/Penvoerder

Bij een samenwerkingsverband dient u tevens de gegevens van overige aanvrager(s) in het samenwerkingsverband te vermelden. Gebruik hiervoor de invulvelden bij onderdeel 2

Naam organisatie:

.....

Afdeling/vakgroep:

.....

Postadres:

.....

Postcode:

.....

Plaats:

.....

Land:

.....

Bezoekadres:

.....

 

Postcode:

.....

Plaats:

.....

 

Land:

.....

 

Bankrekeningnummer:

.....

Bank:

.....

 

Inschrijfnummer KvK:

.....

 

Jaar van inschrijving:

.....

Rechtsvorm:

.....

3 Als uw organisatie BTW-vrijgesteld is, kunt u de te betalen BTW zien als kosten, omdat deze BTW niet verrekend kan worden. De te betalen BTW is zodoende subsidiabel

4 Met de MKB-toets kunt u bepalen of de penvoerder c.q. aanvrager voldoet aan de MKB-definitie zoals bedoeld in de regeling

Uw organisatie is3:

□ BTW-plichtig

□ BTW-vrijgesteld

Uw organisatie is een:

□ MKB4

□ anders, namelijk .....

Is voor uw organisatie een verzoek tot surseance van betaling, tot faillissement, of tot het van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling ingediend?

□ ja

Toelichting:

□ nee

2.1 Contactpersoon aanvrager:

Vul hier de contactgegevens van de penvoerder c.q. aanvrager in. Indien er sprake is van een intermediair die de correspondentie voert, vul dan op de volgende pagina de contactgegevens van de intermediair in

Naam:

.....

□ Dhr. □ Mw.

Titel(s):

.....

Functie:

.....

Telefoon:

.....

Fax:

.....

E-mail adres:

.....

Mobiel:

.....

2.2 Contactgegevens intermediair:

Alleen invullen als de correspondentie via een intermediair loopt. Voeg in dat geval wel een machtiging toe, waarin de intermediair door aanvrager is gemachtigd tot het voeren van de correspondentie

Naam organisatie:

.....

Postadres:

.....

Postcode:

.....

Plaats:

.....

Naam:

.....

□ Dhr. □ Mw.

Titel(s):

.....

Functie:

.....

Telefoon:

.....

Fax:

.....

E-mail adres:

.....

Mobiel:

.....

2.3 Overige aanvragers:

Vul in indien er sprake is van een samenwerkingsverband

Met de MKB-toets kunt u bepalen of de overige aanvragers voldoen aan de MKB-definitie zoals bedoeld in de regeling

.....

Naam

MKB

Aanvrager 2:

.....

Aanvrager 3:

.....

Aanvrager 4:

.....

Aanvrager 5:

.....

Aanvrager 6:

.....

Aanvrager 7:

.....

3. Ondertekening:

Deze persoon dient namens de penvoerder c.q. aanvrager tekenbevoegd te zijn

Naam:

.....

Functie:

.....

Organisatie:

.....

Datum:

..-..-..

Plaats:

.....

Handtekening:

4. Verplichte Bijlagen:

Uw aanvraag is pas compleet en kan in behandeling genomen worden als alle voor uw aanvraag van toepassing zijnde bijlagen bijgevoegd zijn

Gebruik de formats voor deze verplichte bijlagen. Op www.topsectorlogistiek.nl vindt u een compleet overzicht van en (tevens toelichting bij de benodigde bijlagen)

□ Bijlage 1: Projectplan

□ Bijlage 2: Projectbegroting

□ Bijlage 3: Openbare samenvatting

□ Bijlage 4: Document waarin de haalbaarheid aannemelijk wordt gemaakt.

□ Bijlage 5: Gegevens van eventuele overige projectpartners

□ Bijlage 6: Samenwerkingscontract

Naar boven