Artikel 1.1. Definitiebepaling
[Regeling vervallen per 04-04-2024]
-
–
achtergestelde lening: een lening van geld verstrekt door een financier voor de bouw- en nafinancieringsfase:
-
1°. die al dan niet door enige vorm van zekerheid is gedekt, en
-
2°. die onder deze regeling een lagere rang in kan nemen ten opzichte van andere vorderingen
van de financier;
-
–
algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde
categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne
markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 187);
-
–
borgstelling: de in een borgstellingsovereenkomst geregelde borgtocht van de Staat als bedoeld
in artikel 7:850 en verder van het Burgerlijk Wetboek ten behoeve van de financier;
-
–
bouw- en nafinancieringsfase: de periode waarin het woonzorgarrangement wordt gebouwd en aansluitend wordt overgedragen
aan de koper;
-
–
de-minimisverordening: verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende
de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie op de-minimissteun;
-
–
financier: een bank die:
-
1°. voldoet aan de definitie van kredietinstelling als bedoeld in artikel 4, eerste lid,
onderdeel 1), van Verordening (EU) 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad
van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen
en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012, en;
-
2°. beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:11, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht, en;
-
3°. in het geval van het aangaan van een kredietovereenkomst met een ondernemer die is
gevestigd in het openbaar lichaam van Bonaire, Sint Eustatius of Saba, tevens een
kredietinstelling is in de zin van de Wet financiële markten BES die op grond van die wet bevoegd is in Bonaire, Sint Eustatius of Saba het bedrijf
van kredietinstelling uit te oefenen;
-
–
initiatieffase: de periode van maximaal 1 jaar na subsidieverlening waarin de juridische, planologische
en financiële haalbaarheid van het woonzorgarrangement wordt onderzocht en een conclusie
wordt getrokken over de haalbaarheid;
-
–
kmo: kleine en middelgrote ondernemingen die aan de in bijlage I van de algemene groepsvrijstellingsverordening
vastgestelde criteria voldoen;
-
–
kredietovereenkomst: overeenkomst uit hoofde waarvan:
-
1°. de financier aan een WZ-ondernemer geld ter leen verstrekt of zal verstrekken, of
-
2°. de WZ-ondernemer tot een bepaald bedrag kan opnemen of zal kunnen opnemen van een
rekening bij de financier, of
-
3°. de financier tegenover een derde, niet zijnde een rechtspersoon waarmee de financier
in een groep verbonden is, onherroepelijk een verplichting is aangegaan om ten laste
van de WZ-ondernemer aan de derde een of meer betalingen te doen, welke verplichting
niet afhankelijk is van voorwaarden op de vervulling waarvan het handelen van de financier
van invloed is;
-
–
kredietrapport: een door de financier opgestelde onderbouwing van de financieringsaanvraag, in elk
geval bestaande uit een beschrijving van het Woonzorg-initiatief, het investerings-
en financieringsplan, de zekerheden, een analyse van de risico’s en het fiat van de
aanvragende financier;
-
–
minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
-
–
NHG: Nationale Hypotheek Garantie van het Waarborgfonds Eigen Woningen;
-
–
ondersteuning: maatschappelijke ondersteuning als bedoeld in artikel 1.1.1., eerste lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;
-
–
planontwikkelfase: een fase van maximaal drie jaar waarin het projectplan voor een woonzorgarrangement
wordt ontwikkeld en de bouw wordt voorbereid;
-
–
procesbegeleider: een door de initiatiefnemers aan te trekken persoon die niet gebonden of verbonden
is aan een architect, bouwbedrijf, projectontwikkelaar of andere bij de realisatie
van het woonzorgarrangement betrokken partij, die het woonzorgarrangement begeleidt;
-
–
stichtings- of verwervingskosten: de kosten voor aankoop van de bouwkavel, advieskosten, bouwkosten, leges, rentekosten
en onvoorziene kosten;
-
–
wooneenheid: een zelfstandige leefeenheid, in een woongebouw of cluster van woningen die ontworpen
of aangepast is om afzonderlijk te worden gebruikt en die minstens over de volgende
woonvoorzieningen beschikt: woonruimte in combinatie met een toilet, een douche of
bad;
-
–
woonzorgarrangement: een samenhangend geheel van activiteiten, uitgevoerd in de vorm van een rechtspersoon,
gericht op het voorbereiden en realiseren van wooneenheden overeenkomstig de voorwaarden
genoemd in artikel 1.4 van deze regeling;
-
–
WZ-borgstellingskrediet: krediet, deel van een krediet of een achtergestelde lening dat uitsluitend wordt
verstrekt ten behoeve van een woonzorgarrangement dat is verstrekt door een financier
waarmee de minister een borgstellingsovereenkomst, waarin de rechten en plichten van
de minister en de financier zijn vastgelegd, heeft gesloten;
-
–
WZ-ondernemer: een rechtspersoon (vereniging, stichting of een besloten vennootschap) die een kmo
in stand houdt, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld,
die gericht is op het realiseren van een woonzorgarrangement;
-
–
zorg: Zvw-zorg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg.