Wet van 17 februari 2016 tot wijziging van de Gerechtsdeurwaarderswet in verband met
de evaluatie van het functioneren van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders,
alsmede de regeling van enkele andere onderwerpen in die wet
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het naar aanleiding van de evaluatie van
het functioneren van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders wenselijk
is om de Gerechtsdeurwaarderswet te wijzigen en om enkele andere onderwerpen in verband met de Gerechtsdeurwaarderswet
nader te regelen, alsmede de Wet op het notarisambt te wijzigen in verband met de harmonisatie van de vervaltermijn bij de gereglementeerde
juridische beroepen voor het instellen van een klacht bij de tuchtrechter;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze: