Wet van 30 juni 2010 tot tijdelijke verruiming van de mogelijkheid in artikel 668a
van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek om arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd
aan te gaan in verband met het bevorderen van de arbeidsparticipatie van jongeren
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in verband met de economische
crisis de arbeidsparticipatie van jongeren tot 27 jaar te bevorderen en daartoe het
Burgerlijk Wetboek tijdelijk te wijzigen opdat tussen deze jongeren en hun werkgevers
meer opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd kunnen worden aangegaan
alvorens een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd ontstaat;
Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: