1.2.2. Wanneer strafrechtelijke handhaving?
[Regeling vervallen per 01-05-2016]
In de praktijk ligt het accent bij de handhaving van de Tw op de bestuursrechtelijke aanpak. De inzet van strafrechtelijke middelen is aan de
orde wanneer het bestuursrechtelijk instrumentarium ontoereikend is, bijvoorbeeld
in het geval dat inbeslagneming en/of binnentreding in een woning noodzakelijk is,
bij recidive en bij ernstige overtredingen waarbij gevaar is veroorzaakt of een potentieel
gevaarlijke situatie is ontstaan.
a. Inbeslagneming
Radiozendapparatuur waarvoor gelet op de aard ervan geen vergunning kan worden verleend,
is vatbaar voor onttrekking aan het verkeer. Denk hierbij bijvoorbeeld aan blokkeerzenders
bestemd om het mobiele telefonieverkeer in een bepaalde straal onmogelijk te maken.
Dit soort radiozendapparaten dient te allen tijde strafrechtelijk in beslag genomen
te worden ter onttrekking aan het verkeer. Dit brengt mee dat de handhaving via de
strafrechtelijke weg plaatsvindt.
Ook indien verbeurdverklaring in de rede ligt, kan een bestuursrechtelijke reactie
(alleen) onvoldoende effectief zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor (een handelsvoorraad)
uitrusting in de zin van artikel 1.1 ii, jj en kk Tw, die niet voldoet aan de daaraan gestelde regels. Gedacht kan daarbij worden aan
uitrusting die niet voldoet aan de essentiële eisen uit de EMC en R&TTE richtlijn, waardoor deze onveilig is, storing veroorzaakt op andere apparaten
of te weinig immuun is tegen verstoring van andere apparatuur.
b. Binnentreding in een woning
Wanneer een illegale uitzending vanuit een woning wordt gepleegd, kan binnentreding
in de woning nodig zijn. Dit is aan de orde als sprake is van gevaarzetting, bijvoorbeeld
als de uitzending stoort op vitaal frequentieverkeer, zoals op een frequentie bestemd
voor de communicatie van lucht- en scheepvaart, voor hulpdiensten, defensie, en dergelijke.
In zo'n geval zijn de bestuursrechtelijke middelen ontoereikend en wordt strafrechtelijk
opgetreden.
c. Recidive
Inzet van bestuursrechtelijke middelen tegen een overtreder die eerder voor eenzelfde
of vergelijkbare overtreding bestuursrechtelijk is aangepakt, is niet altijd zinvol.
Als de overtreder keer op keer in de fout gaat, ondanks bestuursrechtelijke sancties,
is bestuurlijk optreden kennelijk niet effectief en strafrechtelijk optreden meer
zinvol. Denk bijvoorbeeld aan een etherpiraat die in korte tijd meermaals bestuurlijk
is gesanctioneerd of in de schuldsanering zit, waardoor financiële sancties niet effectief
zijn.
d. Ernst overtreding
De ernst van de overtreding is afhankelijk van het soort radiozendapparaat en de daarop
geprogrammeerde frequentie. De opsporingsambtenaar geeft in het proces-verbaal aan
op welke frequentie(s) de verboden apparatuur stoort, of deze frequentie(s) van vitaal
belang is (zijn) en of sprake is van concrete gevaarzetting. Bij vitale frequenties
moet niet alleen gedacht worden aan de frequenties bestemd voor de communicatie van
lucht- en scheepvaart, hulpdiensten en defensie maar ook aan (mobiele) telefonie en
radio-uitzendingen die ernstig gestoord kunnen worden.