Beleidsregel van de Raad voor Rechtsbijstand tot verstrekking van subsidie aan advocaten
die rechtsbijstand verlenen aan aangehouden verdachten tijdens het politieverhoor
Het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand,
Overwegende dat in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op de rechtsbijstand is bepaald dat de Raad voor Rechtsbijstand tot taak heeft om zorg te dragen voor
de organisatie en de verlening van rechtsbijstand;
Overwegende dat op grond van artikel 7, derde lid, onderdeel b van de wet de Raad tot taak heeft de vaststelling en uitbetaling van vergoedingen aan rechtsbijstandverleners
en mediators;
Overwegende dat de Hoge Raad bij uitspraak van 22 december 2015 (ECLI:NL:HR:2015:3608)
heeft overwogen ervan uit te gaan dat met ingang van 1 maart 2016 toepassing zal worden
gegeven aan de regel dat een aangehouden verdachte recht heeft op bijstand van een
raadsman tijdens zijn verhoor door de politie (“verhoorbijstand”). Deze overweging
heeft, zo blijkt uit deze uitspraak en de context van eerdere jurisprudentie van de
Hoge Raad (30 juni 2009 (ECLI:NL:HR:2009:BH3079)), niet langer alleen betrekking op
aangehouden strafrechtelijk minderjarige verdachten, maar ziet anders dan de eerdere
jurisprudentie van de Hoge Raad nu ook op aangehouden meerderjarige verdachten;
Overwegende dat het Ministerie van Veiligheid en Justitie aan de Raad voor Rechtsbijstand
heeft verzocht om een beleidsregel vast te stellen die erin voorziet dat vanaf 1 maart
2016 – om verhoorbijstand mogelijk te maken – anders dan voorheen op gelijke voet
een subsidie kan worden verstrekt ten behoeve van zowel aangehouden meerderjarige
als minderjarige verdachten van misdrijven waarvoor een bevel tot inverzekeringstelling
kan worden verleend;
Overwegende dat op grond van het voorgaande in deze beleidsregel wordt aangegeven
op welke wijze de Raad gebruik zal maken van de mogelijkheid om op grond van artikel 4:23, derde lid, onderdeel a, van de Algemene wet bestuursrecht individuele subsidiebesluiten te nemen om aan bij de Raad voor het (jeugd)strafpiket
ingeschreven raadslieden een vergoeding voor verhoorbijstand toe te kennen;
Overwegende dat de mogelijkheid tot verlening van deze subsidie is bedoeld voor (en
beperkt is tot) verhoorbijstand van aangehouden verdachten tegen wie een bevel tot
inverzekeringstelling kan worden verleend (meer specifiek zijn hier bedoeld de verdachten
die zijn omschreven in de categorieën A en B uit de Aanwijzing rechtsbijstand politieverhoor d.d. 16 maart 2010, gepubliceerd in de Staatscourant van 16 maart 2010, met nummer
4003);
Besluit de volgende beleidsregel vast te stellen: