Bijlage 2. Controleprotocol voor de accountantscontrole bij provincies
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
1. Inleiding
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Als onderdeel van de aanvraag van de uitkering van het Rijk aan de provincie voor
het komende jaar, dient de provincie vóór 1 oktober (zie artikel 32 Wet op de jeugdzorg, hierna ook: de wet) het ontwerp van het uitvoeringsprogramma jeugdzorg in bij de
Ministers.
Het uitvoeringsprogramma dient ingevolge artikel 32, tweede lid, van de wet een overzicht te bevatten van:
-
a. de in het aan het jaar van vaststelling (van het uitvoeringsprogramma) voorafgaande
kalenderjaar door de stichting en de zorgaanbieders geleverde activiteiten en de voor
de uitvoering van die activiteiten verstrekte subsidies;
-
b. de in het jaar van vaststelling, met inachtneming van het provinciale beleidskader,
door de stichting en de zorgaanbieders te leveren activiteiten en de voor de uitvoering
daarvan verleende subsidies;
-
c. de in het kalenderjaar volgend op het jaar van vaststelling, met inachtneming van
het provinciale beleidskader, door de stichting en de zorgaanbieders te leveren activiteiten
en de voor de uitvoering daarvan beschikbare subsidies.
Ingevolge artikel 7 van het Tijdelijk besluit uitkeringen jeugdzorg (hierna ook: het besluit) dient het onder a genoemde onderdeel van het uitvoeringsprogramma
te worden voorzien van een accountantsverklaring. Deze verklaring gaat vergezeld van
een rapportage over de naleving van de wettelijke voorschriften.
Ingevolge artikel 32, zevende lid van de wet kunnen de Ministers een model voorschrijven voor de inrichting van het uitvoeringsprogramma
en derhalve ook voor het onder a genoemde onderdeel, dat de verantwoording bevat.
Voor deze verantwoording is in artikel 4 van de Regeling bekostiging jeugdzorg een model voorgeschreven.
Artikel 7, tweede lid, van het besluit verplicht de Ministers een controleprotocol vast te stellen. Deze bijlage strekt
daartoe.
Het doel van dit protocol is om alle betrokkenen duidelijkheid te verschaffen over
de benodigde reikwijdte van de controle en de rapportage van de accountant.
Het controleprotocol geeft een minimum aan en laat de eigen verantwoordelijkheid van
de provincie en die van de door haar aangewezen accountant om tot een goede controle
te komen, onverlet. De provincie en haar accountant behouden de mogelijkheid om zelf
accenten voor de controle te leggen en specifieke controleaspecten te formuleren,
mits daardoor het vereiste minimum niet wordt aangetast. Het controleprotocol beoogt
niet om de aanpak van de controle voor te schrijven. De accountant zal op basis van
een analyse van de risico’s ten aanzien van de uitvoerings- en beheerssystemen afwegen
welke mix van controlemiddelen hij wil inzetten.
Artikel 7, vierde lid, van het besluit biedt de mogelijkheid bij ministeriële regeling regels te stellen omtrent de verklaring
van getrouwheid. Dit is uitgewerkt in de als annex bij deze bijlage gevoegde model
accountantsverklaring.
3. Doel en reikwijdte
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Het doel van de controle is het verstrekken van een accountantsverklaring bij de verantwoording,
alsmede het geven van een oordeel over het financieel beheer. De reikwijdte van de
controle omvat in ieder geval:
-
– de juiste inrichting van de verantwoording;
-
– de getrouwe weergave van de financiële verantwoording;
-
– de rechtmatigheid van de subsidieverleningen en -vaststellingen;
-
– correcte berekening van de egalisatiereserve;
-
– de ordelijkheid en controleerbaarheid van het provinciale beheer.
4. Betrouwbaarheid en tolerantie
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
4.1. Betrouwbaarheid
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Bij het onderzoek naar de getrouwheid van de financiële verantwoording, de rechtmatigheid
van de daarin opgenomen financiële stromen (verleningen en verstrekkingen), de daarvoor
geleverde activiteiten en de stand van de egalisatiereserve dient een hoge mate van
zekerheid te worden gehanteerd. Het begrip hoge mate van zekerheid wordt vertaald
met een betrouwbaarheid van tenminste 95%.
4.2. Tolerantie
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
In artikel 2 van het Besluit accountantscontrole provincies en gemeenten zijn de toleranties vastgelegd voor de controle van de provinciale jaarrekening (eerste
lid ) en deelverantwoording (zesde lid).
De verantwoording (onderdeel van het ‘uitvoeringsprogramma jeugdzorg’) die als onderdeel
van de aanvraag moet worden ingediend kan worden gezien als een deelverantwoording
waarvoor de normen gelden, genoemd in artikel 2, zesde lid van dat besluit.
Dit houdt in dat bij het onderzoek naar de getrouwheid van de verantwoording en naar
de rechtmatigheid van de daarin opgenomen stromen (verleende en verstrekte subsidies),
de stand van de risicoreserve en de geleverde activiteiten een tolerantie van maximaal
1% dient te worden gehanteerd. Het voorgaande houdt in dat een goedkeurende accountantsverklaring
impliceert dat de meest waarschijnlijke fout niet groter is dan 1% van de omvangbasis.
Indien de meest waarschijnlijke fout zit tussen de 1% en 3% leidt dit tot een beperking.
Indien de 3% wordt overschreden zou dit moeten leiden tot een afkeurende verklaring.
De situatie kan zich voordoen dat de accountant op basis van objectieve verhinderingen
tijdens het onderzoek geen zekerheid kan verkrijgen ten aanzien van de rechtmatigheid
of getrouwe weergave. Voor deze beperkingen geldt als omvangbasis 3%. Indien de 3%
wordt overschreden zou dit moeten leiden tot een beperking, respectievelijk oordeelonthouding
bij een overschrijding van 10%.
Naast kwantitatieve fouten en onzekerheden dient de accountant zich ook een oordeel
te vormen over kwalitatieve aspecten, zoals of de verantwoording is ingericht in overeenstemming
met artikel 4 van de Regeling bekostiging jeugdzorg.
4.3. Foutdefinitie en weging van de fouten
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Bij de bepaling of iets fout is of niet geldt als norm de vigerende wet- en regelgeving.
De accountant toetst zelfstandig of aan het normatieve kader is voldaan. Bij de foutschatting
van de financiële fout moet worden uitgegaan van de meest waarschijnlijke fout.
De weging van de fouten is in eerste instantie een vakkundige afweging van de controlebevindingen
(professional judgement). Naast kwantitatieve factoren spelen hierbij ook kwalitatieve
aspecten (zie ook artikel 3 van het Besluit accountantscontrole provincie en gemeenten) een rol zoals kwalitatieve aspecten (zie 4.2). Indien kwalitatieve aspecten daartoe
aanleiding geven kan de accountant een goedkeurende accountantsverklaring onthouden.
6. Rapportering door de accountant
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
6.1. Accountantsverklaring
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
In de annex bij dit controleprotocol is een model (goedkeurende) accountantsverklaring
opgenomen.
6.2. Oordeel over financieel beheer
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Volgens artikel 2, tweede lid, van de Regeling bekostiging jeugdzorg legt de accountant
zijn oordeel en bevindingen over het financiële beheer vast in een apart verslag.
Dit verslag wordt door de provincie ter kennis gebracht van de Ministers tezamen met
de verklaring over de verantwoording.
In zijn rapportage over het gevoerde financieel beheer, gaat de accountant waar nodig
in op in ieder geval:
-
– afwijkingen van de provinciale verordeningen van de wettelijke voorschriften. (Ingevolge
artikel 41 van de wet moet de verordening van de provincie voldoen aan de in artikel 39 genoemde onderwerpen;
-
– beleid ter bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van subsidiegelden;
-
– opzet en werking van het systeem van interne controle waaronder het sanctie- en reviewbeleid;
-
– geconstateerde fouten en onzekerheden;
-
– andere zaken die van belang zijn voor de sturing door de Ministers en het inzicht
in de doelmatigheid van het beleid, en de uitvoering door de provincie. Hieronder
moet ook worden verstaan de bevindingen van de controlerend accountants van het bureau
jeugdzorg en de zorgaanbieders, voor zover die bevindingen een zodanige strekking
hebben dat ze van belang zijn voor het functioneren van het stelsel van jeugdzorg
als geheel (stelselverantwoordelijkheid van de ministers van VWS en Justitie). De
beoordeling van de doelmatigheid van het beleid behoort niet tot de controletaak van
de accountant.
Annex behorende bij het controleprotocol voor de accountantscontrole van de Wet Jeugdzorg
door provincies
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Model accountantsverklaring ten behoeve van de verantwoording door de provincies
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Werkzaamheden
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Bij onze controle zijn wij nagegaan:
-
a. dat het totaal van de bestedingen, zoals blijkt uit de verantwoording, volledig is
weergegeven;
-
b. dat de bestedingen hebben plaatsgevonden overeenkomstig de provinciale subsidieverordening,
bedoeld in artikel 41, vijfde en zesde lid van de Wet op de jeugdzorg;
-
c. dat de bestedingen hebben plaatsgevonden in overeenstemming met het uitvoeringsprogramma
jeugdzorg, bedoeld in artikel 32 van de Wet op de jeugdzorg;
-
d. dat de berekening van de egalisatiereserve op de juiste wijze heeft plaatsgehad.
Onze controle is verricht overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen
met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle
zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt
verkregen dat de verantwoording geen onjuistheden van materieel belang bevat. Bovendien
is onze controle verricht overeenkomstig het controleprotocol, opgenomen in bijlage 2 behorend bij de Regeling bekostiging jeugdzorg.
Een controle omvat onder meer een onderzoek door middel van een deelwaarneming van
informatie ter onderbouwing van de bedragen en de toelichting in de verantwoording.
Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.
Oordeel
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Wij zijn van oordeel dat de verantwoording jaartal van de provincie naam voldoet aan de hierboven gestelde eisen.
Overig
[Regeling vervallen per 23-12-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2009]
Wij hebben op grond van het controleprotocol met betrekking tot provincies een rapport
van bevindingen opgesteld. Daarin wordt ingegaan op die aspecten waarover aan de ministers
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Justitie gerapporteerd moet worden.
Naam Accountantskantoor en vestigingsplaats
Handtekening en Naam accountant
Datum