Bijlage A
[Regeling vervallen per 01-05-2012]
Vragenlijst Garantstellingsregeling curatoren
Met het oog op uw aanvraag om een voorschot als bedoeld in de artikelen 138, lid 10 en 248, lid 10, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 43, lid 6, van de Faillissementswet wordt u verzocht alle hieronderstaande vragen volledig te beantwoorden. Het niet
volledig beantwoorden van de vragen leidt tot vertraging in de afhandeling.
1. Indien het een vereniging, stichting of naar buitenlands recht opgerichte rechtspersoon
betreft: is de rechtspersoon onderworpen aan de heffing van vennootschapsbelasting?
ja/nee. (Indien ‘nee’, dan kan geen beroep worden gedaan op de Garantstellingsregeling.)
2. Naam, plaats van statutaire vestiging en adres van de rechtspersoon?
3. Datum waarop het faillissement is uitgesproken?
4. In hoeverre bevat de boedel nog middelen?
5. Hoeveel uren heeft u tot op heden in dit faillissement besteed?
6. Hoogte van de schulden aan concurrente crediteuren?
7. Hoogte van de schulden aan de preferente crediteuren?
8. Welke (rechts)personen wilt u gaan aanspreken? (namen, adressen en vestigingsplaatsen
en eventuele geboortedata- en plaatsen en functies vermelden).
9. Geef een korte omschrijving van de gronden (feiten) waarop aansprakelijkstelling
van deze (rechts)personen zou kunnen geschieden.
10. Is nader onderzoek vereist om deze gronden (feiten) te kunnen vaststellen? ja/nee (Indien ‘ja’, wat zal het onderzoek gaan inhouden?)
11. Heeft uw aanvraag betrekking op:
-
a. Het doen van een vooronderzoek naar verhaalsmogelijkheden? ja/nee.
-
b. Indien ‘ja’, wat zijn dan de kosten verbonden aan een verhaalsonderzoek? Tevens wordt
u gewezen op de mogelijkheid om via de Belastingdienst gratis verhaalsinformatie te
verkrijgen.
-
c. Indien ‘nee’, geef een korte omschrijving van de vermogensbestanddelen van de (rechts)personen
waarop verhaal kan worden genomen, met aanduiding van de (vermoedelijke) concrete
waarde hiervan.
12. Heeft uw aanvraag betrekking op het doen van een vooronderzoek aansprakelijkheidsstelling
op grond van kennelijk onbehoorlijk bestuur door personen die het beleid bepaald,
dan wel medebepaald hebben? ja/nee (Indien ‘ja’, wat zijn dan de kosten verbonden aan een dergelijk vooronderzoek en
wat zal het voorgenomen vooronderzoek gaan inhouden?)
13. Heeft uw aanvraag betrekking op het voeren van een procedure om de personen die
het beleid bepaald dan wel medebepaald hebben aansprakelijk te stellen op grond van
kennelijk onbehoorlijk bestuur? ja/nee (Indien ‘ja’, dan kan uitsluitend een garantstelling worden verleend indien de resultaten
van de vooronderzoeken daartoe aanleiding geven)
14. Heeft uw aanvraag betrekking op een faillissementspauliana? ja/nee (Indien ‘ja’, geef een korte beschrijving van de feiten en omstandigheden waaronder
de paulianeuze handeling is verricht)
15. Welke personen of rechtspersonen zijn betrokken bij de paulianeuze handeling?
(namen, adressen en vestigingsplaatsen en eventuele geboortedata- en plaatsen en functies
vermelden).
16. Is voor het vaststellen van de pauliana nog nader onderzoek nodig? ja/nee (Indien ‘ja’, wat zal het onderzoek gaan inhouden?)
17. Is er op de goederen die door de paulianeuze handeling aan het vermogen van de
failliet zijn onttrokken reeds beslag gelegd? ja/nee*
18. Is er reeds beslag op vermogensbestanddelen gelegd? ja/nee (Indien ‘ja’, tot welk bedrag?)
19. Hebt u al een begin gemaakt met de procedure? ja/nee (Indien ‘ja’, welke stappen heeft u reeds ondernomen? Stuur alle hierop betrekking
hebbende stukken mee)
20. Kunt u middels het bijgaande formulier ‘specificatie te verwachten kosten’ het
bedrag danwel de bedragen zoals bij de vragen 10 t/m 12 aangegeven nader toelichten
door een schatting te geven van de door u te besteden uren, de verschotten en eventuele
andere kosten?
21. Wat is de vermoedelijke tijdsduur die met het onderzoek en/of de aansprakelijkstelling
gemoeid zal zijn?
22. Heeft u aan de gegeven antwoorden nog iets toe te voegen dat van belang kan zijn
voor de beoordeling van uw aanvraag?
Advies van de rechter-commissaris
Ondergetekende adviseert de Minister van Justitie de gevraagde garantstelling wel/niet te verlenen, omdat
Motivering
|
|
Naam:
|
Plaats:
|
Kenmerk r-c:
|
Datum:
|
Handtekening:
|
|
|